Migreren naar de cloud: vier strategieën

Steeds meer bedrijven hanteren een cloud-only strategie, om redenen van schaalbaarheid en veiligheid. On-premise applicaties worden verhuisd of vervangen naar een cloud-based alternatief. Maar hoe pak je dat aan? Uiteraard moet er rekening gehouden worden met kosten, maar ook met de verstoring van bedrijfsprocessen. We zetten de vier belangrijkste migratiestrategieën op een rij.

Lift & Shift

Deze methode is de meest vanzelfsprekende. Je bestaande applicatie wordt ongewijzigd overgezet naar een cloudomgeving, zonder wijzigingen aan te brengen aan de code en functionaliteit. Wanneer jouw applicatie in aanmerking komt voor deze methode, dan kies je met lift & shift voor de snelste oplossing. De voordelen voor schaalbaarheid zijn echter beperkt.

Herverpakken

Refactoring oftewel herverpakken gaat een stap verder. Daarbij worden onderdelen van een applicatie vervangen om beter aan te sluiten op een clouddienst. Hierbij vervang je bijvoorbeeld de database door een cloud-variant of plaats je de applicatie in een container. Dit is een specialistische klus, maar je hebt wel direct de voordelen van een cloudapplicatie.

Herstructureren

Wanneer de architectuur van de applicatie wordt aangepast om optimaal te functioneren in de cloud, dan spreken we van herstructureren. De applicatie wordt opgedeeld in meerdere functionele componenten. Deze componenten kunnen afzonderlijk van elkaar worden aangepast en doorontwikkeld. Deze zogenaamde microservices kunnen individueel naar de cloud gezet worden. Dit maakt de applicatie optimaal schaalbaar.

Herbouwen

Bij verouderde maatwerkapplicaties is opnieuw bouwen meestal de beste methode om succesvol naar de cloud te migreren. De bestaande applicatie wordt dan opnieuw ontwikkeld op basis van de nieuwste technieken. Dit niet de goedkoopste oplossing, maar het stelt wel in staat om de best functionerende applicatie te maken en die investering op de lange termijn terug te verdienen.